De jonge pauw leert een wijze les
De pauw is niet zo blij met zichzelf. Hij heeft altijd zijn lange staart ingetrokken en naar beneden hangen. Vlak na zijn geboorte is er een ongelukje mee gebeurd. Toen hij op het zandpad liep en wat met de steentjes in het zand speelde reed er een vrouw met een kinderwagen per ongeluk over het uiteinde van zijn staart. Het deed bij hem geen pijn, maar daardoor zit er nu een kleine knik in zijn staart. |
Sindsdien is de pauw boos op deze mevrouw en denkt elke dag: waarom keek ze niet beter uit? Stom mens! Als het niet was gebeurd zou ik nu vast heel blij en tevreden zijn..............
De pauw heeft het gevoel dat iedereen op de knik in zijn staart let en er wat van denkt.
Dat ze hem lelijk vinden, dat hij anders is en er daarom niet bij hoort. 1 keer is hij zelfs uitgelachen door een stel hanige haantjes. De pauw voelt zich eenzaam en afgewezen.
Zijn staart laat hij altijd naar beneden hangen. Telkens als hij in de spiegeling van het raam van een oud restaurantje naar zichzelf kijkt ziet hij de geknikte staart.
Verderop ziet hij vogels en andere pauwen met elkaar plezier maken, het valt hem niet op dat ook zij wel het een en ander mankeren. Hij let er niet op en deze vogels en pauwen zelf ook niet. Ze spelen en maken plezier, zijn zorgeloos en genieten van elkaar.
De pauw wordt verdrietig en vraagt zich steeds vaker af, waarom hij er zo mee zit dat hij er niet perfect uit ziet. En waarom hij ondanks zijn geknikte staart niet kan genieten van het leven? Hij verlangt wel erg naar een vriend om zo samen te spelen en plezier te maken, hij verlangt naar een liefdevolle ontmoeting.
Hij gaat op het zachte warme zand liggen en droomt weg. Hij ziet zichzelf voor zich in zijn gedachten over hoe hij wil zijn en hoe dat voelt. Dat is een pauw die straalt, die trots is op zichzelf, die bovenal tevreden is over zichzelf. En zo ziet hij zichzelf spelen met vrienden, ze doen tikkertje en hebben alleen aandacht voor het plezier en voor de vriendschap die ze voelen onderling.
De pauw wordt wakker geschrikt door een kabouter. Deze kabouter is klein, maar zo komt hij niet over, hij ziet er tevreden uit en straalt kracht uit. De kabouter voelt medeleven voor de pauw omdat hij wel ziet dat de pauw verdrietig is. De kabouter vraagt aan de pauw wat er aan de hand is. De pauw legt het verhaal uit en daarna kijkt de kabouter hem verbaasd aan. Hij zegt: het is nodig tijd dat je deze mevrouw gaat vergeven, ze had waarschijnlijk haast en lette niet goed op! Zal ik jou eens een geheim vertellen: je moet kijken naar wat er mooi aan je is, niet naar wat er niet mooi is! Door boos te blijven verlies je kostbare energie, enne, iedereen heeft wel iets wat niet goed is, maar juist ook iets waar je in uitblinkt, je hebt hier alleen nog nooit aandacht aan gegeven. Ik begrijp dit wel, want je bent veel uitgelachen om je staart, ook omdat je uitstraalde dat dit wel een hele rare staart is. Let op wat we nu gaan doen!
De kabouter neemt de pauw mee naar het spiegelende raam het afgelegen bosrestaurantje. Kijk jij eens in dat raam, kijk eens naar jezelf en vertel me wat je ziet, zegt de kabouter. De pauw kijkt in het spiegelende raam en ziet een verdrietige pauw met wat zand aan zijn buik van het liggen en de staart met de knik. Hij reageert teleurgesteld en zegt geïrriteerd: ja, wat wil je me nu duidelijk maken? De kabouter zegt daarop: weet je pauw, jij bent een pauw met een enorme mooie staart, heb je die al eens uitgestrekt, heb jij je eigen kleurenpracht weleens bekeken? Weet je dat dit alleen bij pauwen zo bijzonder is? Doe eens, laat je staart een zien aan jezelf en aan mij?
De pauw probeert wat onhandig zijn staart omhoog te steken en langzaam komen daar inderdaad de mooiste kleuren tevoorschijn! Zijn staart is nu enorm groot en glanst in de zon, alle kleuren van de regenboog zijn in zijn staart aanwezig! Violet, groen, blauw, oranje allemaal schitterend. En de knik in zijn staart is niet eens meer zichtbaar. De kabouter kijkt naar de pauw. Hij is helemaal verbaasd over zijn eigen kleurenpracht en ziet hem opklaren. Zodra hij hier zijn aandacht op richt straalt hij en wordt weer blij en trots op zichzelf. Al die tijd heeft hij zijn staart ingehouden en alleen maar op de knik gelet en daar aandacht aan gegeven. Maar dat is nu verleden tijd.
Hij kijkt opzij naar de kabouter en spreekt zijn dankbaarheid uit: dankjewel kabouter!
En wat is jouw talent? Nou, zegt de kabouter, ik ben klein, maar erg wijs, hierdoor kan ik dieren zoals jij even op weg helpen als ze zelf verstikt zitten in hun negatieve denken.
Ik word hier weer blij van. Straal jij maar, ik ga weer verder, er zijn nog veel meer taakjes voor mij hier in het dierenbos, daaaaag!.
Ze zwaaien nog een tijd naar elkaar en dan is de kabouter uit het zicht. De pauw is helemaal in zijn nopjes nu hij heeft ontdekt wat voor schoonheid hij bezit. Niet lang daarna geniet hij samen met andere dieren van een fijne vriendschap en elke dag spelen ze in het park....
Tekst; Inge Kampen